Maak samen een groentewinkeltje.Leg het gemaakte groente en fruit bijv. op een tafeltje.Verzin ook prijzen.
Daarna kunnen jullie spelen.De een verkoopt (groenteboer).De ander koopt (klant).
Tips voor de leerkracht: begeleid het spel waar nodig. Geef nieuwe spelimpulsen en/of speel mee.